Soms lees ik een nieuwsbericht dat zich niet laat verwerken. Een nieuwsbericht dat blijft steken. Dat geen ruimte biedt voor nuance en zich juist daardoor opdringt. Zoals het verhaal van een 21-jarige vrouw die stierf na een avond die de verdachte – haar huisgenoot, een man van 31 – later ‘erotisch’ noemde. Zij zou zijn gestikt tijdens orale seks, terwijl ze zwaar onder invloed was. Hij filmde haar, sprak haar toe op denigrerende toon en deelde video’s via Snapchat.
Ik weet niet wat me het meest misselijk maakt. De dood. De beelden. Het delen. Het feit dat hij zei dat hij zich er niets van herinnert. Of dat hij beweert dat haar overlijden niet met de seks te maken had, terwijl ze overduidelijk weerloos was.
Weerloos
Ik blijf haken aan dat woord: weerloos. Het staat er bijna terloops, maar het is zo allesomvattend. Ze was weerloos. En hij had daar macht over. Telkens als ik het teruglees, slaat dat besef elke keer opnieuw in. De beelden bevestigen het, zegt justitie: hij had de regie. Hij ‘deelde de lakens uit’. En zij? Zij gaf over, lag buiten bewustzijn op de bank. Op enig moment stopte ze met ademen.
Ik probeer me haar voor te stellen die avond. Niet om haar te beoordelen, maar juist om haar mens te maken. Een jonge vrouw die bij iemand in huis woonde, met wie ze een drankje dronk, een jonge vrouw die misschien dacht dat het een normale avond zou worden of in elk geval geen laatste. De avond verliep alleen niet normaal. Hij maakte opnames. Hij deelde ze. Hij vernederde haar.
Toestemming
En dan is er dat eenvoudige maar alleszeggende principe dat we zijn gaan kennen via het filmpje Consent: it’s simple as tea van Thames Valley Police. Daarin wordt uitgelegd hoe absurd het zou zijn om iemand thee te geven als die bewusteloos is. Of om te blijven proberen die thee in iemands mond te gieten als diegene niet reageert. Iedereen begrijpt: dat is heel iets anders dan iemand thee aanbieden: dat is dwang.
Hetzelfde geldt voor seks. Iemand die buiten bewustzijn is, die overgeeft, die niet meer aanspreekbaar is, kan geen toestemming geven. Geen ‘ja’, geen nee, geen grens. Seks met iemand die daar geen uitdrukkelijke, wakkere instemming voor kan geven, is geen seks. Dat is grensoverschrijding. Dat is verkrachting.
Een ander woord voor moord?
De aanklacht luidt: seksueel binnendringen van een in onmacht verkerend persoon, met de dood tot gevolg. Dertig maanden cel wordt geëist. Tweeënhalf jaar.
Ik probeer dat te laten bezinken. Tweeënhalf jaar voor een leven dat eindigde tijdens een daad waar zij nooit toestemming voor kon geven. Omdat ze niet bij kennis was. Omdat ze niet meer kon spreken. Omdat haar stem – letterlijk – uitviel.
Is dit dan hoe we seksueel geweld noemen als het leidt tot de dood? Seksueel binnendringen, onmacht, overlijden. Ik zoek naar woorden, maar elk woord voelt als een doekje voor het bloeden. Geen van de termen dekt de lading van wat hier is gebeurd.
Verlies
Haar moeder was al overleden. Haar vader ook. Nu is zij weg. Een tante sprak namens de familie. De relatie tussen het meisje en de man was ‘onveilig en ongezond’, zei ze. Een understatement, vermoed ik, waar verdriet en onmacht in verscholen liggen. Want hoe vertel je in de rechtszaal over een geliefde die op deze manier uit het leven werd getrokken?
Er is nog zoveel dat we niet weten. De telefoon van het meisje bevat een urenlange geluidsopname van die avond, maar kan niet worden geopend. Het voelt als een metafoor: de waarheid zit achter slot en grendel, net als haar stem, haar kant van het verhaal.
Wat rest
Ik schrijf dit stuk met tegenzin. Alles in mij wil het niet weten, niet zien, niet voelen. Maar ik wil ook niet wegkijken. Want deze dood is niet alleen van haar, niet alleen van die avond. Het is ook een verhaal over hoe wij als samenleving omgaan met toestemming, met macht, met vrouwenlichamen, met het gemak waarmee we iets erotisch noemen wat in feite gewelddadig is.
Het is een verhaal waarvoor ik geen slotzin heb. Alleen dit: er is een jonge vrouw gestorven. En ik weet niet of ik ooit echt zal begrijpen hoe dat kon gebeuren.
Geschreven door Sarah Tulling
Sarah Tulling (1982) is afgestudeerd toegepast psycholoog en werkt als casemanager bij Centrum Seksueel Geweld (CSG) in West-Midden Brabant. Ze ondersteunt slachtoffers van seksueel geweld. Niet alleen vanuit haar vak, maar ook vanuit persoonlijke ervaring. In 2022 kwam haar boek ‘Waarom reed je door de polder?’ uit, waarin ze vertelt over haar eigen worstelingen als slachtoffer en hulpverlener, maar daarnaast hoop geeft op een leven na seksueel geweld. Sarah schrijft regelmatig voor Fabriek69 een artikel, blog, column of een gedicht over actualiteit met betrekking tot seksueel grensoverschrijdend gedrag.